Naar de film in Eindhoven: zo ging dat vroeger
Een film of serie kijken op Netflix of Videoland. Dat kan nu gewoon, maar er was ook een tijd waarin…
Je volledig onderdompelen in het leven van een ander: dat kan perfect tijdens een bioscoopavondje in Eindhoven. Of dat nu een bombastische actiefilm is of juist een mooie documentaire over de natuur, waar zie je dat beter dan op het grote scherm?
In Eindhoven kun je onder andere naar Pathé, LAB-1 en Natlab. Maar wat is eigenlijk het verschil tussen die drie? O ja, dan is er ook nog de term cinema. Wat betekent dat dan weer?
De bekendste term voor een plek waar je op het grote doek films kijkt, is de bioscoop. In Eindhoven kun je naar de Vue en Pathé-bioscoop.Wist je dat de bios Vue acht zalen heeft en plaats biedt aan 1.525 Eindhovenaren? Ook Pathé heeft acht zalen en hier is ruimte voor 1.662 bezoekers. Iets kleiner is de retrobioscoop LAB-1 met vier bioscoopzalen. Hier zie je niet alleen films, maar zijn ook evenementen.
Een bioscoop is een zaal waar je op een groot scherm films bekijkt. De eerste bioscoop (bioscooptheater) in Nederland was het Kurhaustheater, dat als Cinématographe Lumière op 9 juni 1896 in Scheveningen werd geopend. Het was maar van korte duur, want op 30 september werd de laatste voorstelling gegeven. Dat kwam door het dalend aantal bezoekers en de achteruitgang van de beeldkwaliteit door slijtage aan de transportstrook van de celluloidfilm.
Naast de bioscoop bestaat er de term filmhuis. Het grootste verschil tussen een bioscoop en filmhuis is het aanbod van films. In de bekende bioscoopketens zie je vaak alleen maar grote Hollywoodfilms met beroemde acteurs, maar in een filmhuis zie je kleinere films uit allerlei verschillende landen.
In de meeste gevallen is een filmhuis ook iets kleiner dan een bioscoop. Er zijn minder zalen en in de zalen passen minder bezoekers. Kijk maar naar het verschil tussen Pathé en Natlab. In die laatste zijn vier bioscoopzalen en die hebben een maximale capaciteit van 64 zitplaatsen.
En de cinema dan? Een bioscoop in Vlaanderen wordt een cinema genoemd, maar ook in Nederland zijn er nog cinema’s te vinden, zoals de Cinema Gold in Veldhoven. Cinema is een Frans leenwoord en betekent bioscooptheater. In Nederland werd het woord cinema voor het eerst gebruikt rond 1914.
In 2021 telde Nederland 154 bioscopen met 812 zalen en 45 filmhuizen met in totaal 140 zalen. In al die zalen kunnen in totaal 1.415.000 bezoekers plaatsnemen. De grootste bioscoopketens in Nederland zijn Pathé, Vue en Kinepolis. Alle drie de ketens hebben echter hun wortels in andere landen liggen. Pathé komt uit Frankrijk, Vue komt uit Groot-Brittannië en Kinepolis is een Belgische keten.
Pathé Arena in Amsterdam is met 3.250 stoelen verdeeld over 14 zalen de grootste bioscoop van Nederland, gevolgd door Kinepolis Jaarbeurs met 3.200 stoelen. De grootste bioscoopzaal van Nederland is in Pathé Ede met 1.030 stoelen in de ExpoTheater-zaal.
Het grootste scherm in Nederland heeft zaal 1 van de Vuebioscoop in Kerkrade met 24 x 12 meter, direct gevolgd door het scherm van 26 x 10,9 meter in zaal 12 van Kinepolis Jaarbeurs in Utrecht. Pathé Arnhem heeft het grootste IMAX-scherm van Nederland. Het scherm heeft een afmeting van 21 x 12 meter.
(Bronnen: Nederlandse Vereniging van Bioscopen en Filmtheaters en De Haagse Tijden)
In onze gids
Populaire rubrieken