Column van Chantal: ‘Mijn dochter werd twee straten van huis op klaarlichte dag belaagd’
Zo af en toe hoor en lees je in de media weer zo'n vervelend verhaal over een jonge vrouw die...
Afgelopen zondag heb ik samen met mijn broer goodiebags uitgereikt aan de verpleegkundigen die mijn moeder tot haar laatste zucht hebben verzorgd. Mijn ma (83) is 21 juni jl. overleden aan de gevolgen van een longontsteking. De tasjes stonden symbool voor alle liefde, zorg en aandacht die zij hebben gegeven aan mijn moeder. Natuurlijk is het hun werk, de compassie straalt er vanaf. Het is geen enorme bonus of een salarisverhoging, maar een blijk van waardering voor de inzet van deze mensen.
Mijn moeder is vorig jaar september getroffen door een hevige hersenbloeding. Er werd ons toen direct verteld dat ze het niet zou overleven. Mijn ma dacht er anders over en heeft nog negen maanden eraan geplakt. Omdat de bloeding zoveel had stukgemaakt was mijn moeder zeer afhankelijk van zorg, van het naar bed gaan tot het geven van eten. Mensonterend? Ik heb het vaak gedacht. Toch lachte mijn moeder nog vaak en was met haar rake opmerkingen de lieveling van het personeel.
Negen maanden lang reisde ik iedere zondag naar Brabant om haar te bezoeken. Het was even puzzelen om het juiste tijdstip te vinden maar rond lunchtijd bleek een gouden greep. Ze was dan net uit haar bed en klaar voor een wandelingetje in de haar rolstoel. Het was voor haar een hoogtepunt van de dag. Daarna bracht ik haar naar de eettafel. Daar moest vaak één personeelslid tien mensen voorzien van warm eten. Mijn moeder had een verminderde slikfunctie en neglect (verlamming aan de linkerzijde van haar lichaam), dat maakte dat ze moeite had met zelfstandig eten. Omdat ik er toch was hielp ik niet alleen haar, maar ook de anderen.
Als ik weleens in de avond kwam, rende er ook weer één personeelslid op de gang heen en weer om tien mensen naar bed te brengen. Tien mensen, tien verschillende eisen en nul besef van tijd, dus alles duurt in hun beleving te lang. De buurman van mijn moeder zei dan, ‘Ik ben bang om hier dood te gaan omdat ze mij ook altijd drie kwartier op de wc laten zitten’. Dat zal hoogstens tien minuten zijn geweest, maar toch. De last van een verpleegkundige of andere verpleeghulp is zwaar. Dat was in het verzorgingstehuis in Brabant zo, maar het zal in Delft en de rest van Nederland niet anders zijn.
Ze komen gewoon écht handen tekort. Nu kan ik hier enorm gaan klagen over het disfunctioneren van het zorgsysteem, maar hé, mijn moeder is net overleden dus ik doe het niet. Ik prijs juist de mensen in de zorg voor hun toewijding aan hun vak voor een stuk lager loon dan een gemiddelde kantoorklerk. Als jij de behoefte voelt om wel te klagen, ga dan maar ergens staan terwijl de trein voorbij raast of schreeuw in een kussen, ik hoef het niet te horen.
Na negen maanden als ervaringsdeskundige kan ik blijven jammeren, of er iets aan doen. Ik heb mij opgegeven bij de stichting Pieter van Foreest om één of twee uurtjes per week een kop koffie te drinken en een praatje te maken in een verpleeghuis in Delft. Hopelijk help ik daarmee het personeel én de ouderen. Ik werk fulltime, geef sportles, volg nog een opleiding, heb twee pubers… dus waar begin ik aan? Maar wat zijn nou twee uren op een mensenweek? Niets toch!
In onze gids
Nu geopend
Nu geopend
Nu geopend
Populaire rubrieken