Sidney van De Leuke Linde: ‘Eens werd een meisje voor het eerst ongesteld, natúúrlijk help je dan’
Sidney Steba (63) werkt als beheerder onderhoud bij Bouwspeelplaats De Leuke Linde. Hij verzorgt de dieren, spelende kinderen en de…
Karin Mooijekind (56) werkt als algemeen manager bij het Dierentehuis Arnhem en omstreken. Haar droom is dat mensen leren bewuster met dieren en de natuur om te gaan. “Mensen onderschatten wat de aanschaf van een dier inhoudt. Idealiter leer je ze dat al vanaf de geboorte.”
Bij het dierentehuis proberen ze dan ook zo goed mogelijk mensen te informeren. Karin vertelt: ”Het is belangrijk dat ze zich realiseren hoe ze een dier welzijn bieden. Dat gaat echt niet alleen maar over de juiste brokken.”
Karin vervolgt met dat baasjes moeten inspelen op de behoeften van hun dier. ”Dat gaat zowel om mentale als fysieke behoeften. Pak dieren niet op als ze niet willen, houd ze bezig, laat ze spelen en bewegen. Ze moeten hun energie kwijt kunnen, uitgedaagd worden en de juiste voeding krijgen. Daar komt veel bij kijken en dat wordt onderschat.”
Als voorbeeld noemt Karin veel te dikke dieren. ”Soms komen er honden binnen die breder dan lang zijn. Dat is zielig. Ze hebben pijn in hun gewrichten, kunnen niet rennen. Mensen denken lief te zijn voor hun hond als ze ze een extra koekje geven, maar dat is helemaal niet gezond. Dat zijn menselijke gewoonten die ze projecteren op hun dier.”
”Wat mensen vaak ook onderschatten is vachtverzorging”, vertelt Karin. ”De vacht is functioneel, niet voor schoonheid. Neem angorakonijnen. Die worden bijvoorbeeld voor de kinderen aangeschaft, terwijl je hun vacht dagelijks moet borstelen. Mensen hebben dat niet door. Ze denken dat konijnen leuk zijn voor de kids; ze zijn schattig en zien er fantastisch uit, maar ze vergen best wat werk.”
”Naast de vacht moet je hun tanden goed onderhouden, je moet vaccineren en de kosten voor de dierenarts kunnen oplopen”, zegt Karin. ”Bovendien moeten konijnen altijd met zijn tweeën leven en vinden ze het helemaal niet fijn als je ze oppakt. Dat valt dan tegen.”
Karin gaat verder met dat er extreem veel konijnen in het asiel zitten. ”We hebben er op dit moment bijna 60! Terwijl we twee jaar geleden om deze tijd tien konijnen al veel vonden. Ze zijn allemaal erg tam en goed gesocialiseerd. Daarom lijken de konijnen onze coronadieren. Misschien dat ze hier zitten vanwege te hoge verwachtingen waaraan ze niet voldeden, of een bepaalde onwetendheid over wat er bij een konijn komt kijken. Soms zitten er nog wel spartelaars of bijters tussen, maar nu hebben we gewoon té veel leuke konijnen.”
Dat er zoveel leuke konijnen in het asiel zitten is opmerkelijk. Karin vertelt: ”Meestal krijgen wij de dieren die niet lief, leuk, klein en makkelijk zijn. De dieren waarvan mensen eigenlijk niet meer weten wat ze ermee aan moeten. Zo kunnen mensen afstand doen van hun hond of kat omdat ze ten einde raad zijn.”
Tekst gaat verder onder de foto >
Toch is afstand doen is niet de enige manier waarop dieren het tehuis binnenkomen. ”Mensen maken meldingen van zwerfdieren of gewonde (huis)dieren en onze dierenambulance treft ook regelmatig gewonde dieren in de natuur aan. Zoals aangereden egels of een reiger die vastzit in visdraad. Bovendien werken we samen met de (dieren)politie, brandweer en woningbouwverenigingen.” Daardoor lopen de meldingen over dieren die hulp nodig hebben of moeten worden opvangen uiteen.
Karin vervolgt: ”We krijgen meldingen van mishandeling of huisontruiming, maar er zijn ook mensen die naar de gevangenis gaan of naar een Blijf van m’n Lijfhuis moeten vanwege huiselijk geweld. Zij kunnen dieren hebben en die zitten dan ineens zonder baasje. En wat dacht je van meldingen van brand of mensen die plots overlijden? Wij helpen dieren uit allerlei situaties. Daarom heten we ‘dierentehuis‘ in plaats van -asiel. Omdat we een dierenambulance én asiel in één onafhankelijke organisatie zijn.”
Tekst gaat verder onder de foto >
Hoe vervelend het soms ook is om te zien in welke staat dieren binnenkomen, Karin houdt van haar werk. ”Wanneer dieren bij ons in het tehuis komen, wéét ik dat hun situatie hoe dan ook beter wordt. Ook als het slecht met ze gaat. We zoeken nieuwe baasjes en dieren krijgen een tweede kans. Van die gedachte word ik altijd weer blij.”
Karin vervolgt met dat dat niet alleen voor de dieren geldt: ”We helpen ook de mensen. Weliswaar wat meer op de lange termijn, maar ook voor hen kan je iets doen waardoor een situatie weer beter wordt. Neem bijvoorbeeld mensen die naar een Blijf van m’n Lijfhuis moeten. Hun dieren vangen we op, maar we mogen ze uiteindelijk ook terug geven. Ondanks dat dat anoniem gebeurt, wéét ik dat zo’n gezin daar enorm blij mee is. Hun huisdieren zijn hun lust en hun leven én ze geven houvast en structuur.”
Die structuur zit hem in de kleine dingen. ”Wanneer je bijvoorbeeld een hond hebt, móét je voor dat dier zorgen. Dat betekent dat je af en toe de straat op moet, je moet aankleden. Ik ken mensen die dankzij hun hond niet in de goot belandden, omdat ze ook een beetje voor zichzelf zorgden en een dagritme moesten aanhouden. Dat je iets voor een dier én mens kunt betekenen geeft me heel veel energie.”
In onze gids
Populaire rubrieken