Stadsdichter Aad van der Waal (59) is dol op rijmen met taal

Aad van der Waal (59) was meer dan twintig jaar de geestelijk vader van Theater Merlijn, waar hij theaterlessen gaf. Toen het theater een paar jaar geleden ophield te bestaan, ging Aad zich nog meer op het schrijven van theaterstukken, liedjes en gedichten toeleggen dan hij al deed. Sinds januari 2017 is hij de nieuwe stadsdichter van Apeldoorn, in principe voor twee jaar.

Nachtwerk

Twaalf of dertien mensen hadden gesolliciteerd naar de functie van stadsdichter, maar toen Aad bij de laatste vier zat waren ze hem vergeten te mailen. “Een dag voor de eindbeoordeling vroegen ze me waarom ik niet op hun mail had gereageerd. Ik zei dat ik zou zorgen dat ik twee gedichten paraat zou hebben de volgende dag. De andere kandidaten hadden er twee weken de tijd voor gehad. Ik was toen net druk met de voorbereidingen voor het A Christmas Carol. Het was voor het eerst sinds tijden dat het schrijven nachtwerk was geweest. Ik merkte de volgende dag wel dat ik er de leeftijd niet meer voor had”, lacht Aad.

Sinterklaasgedichten voor de halve straat

Inspiratie voor een gedicht is duidelijk niet iets dat veel moeite kost voor Aad, die vorig jaar al de nationale stadsdichterswedstrijd won. Hij heeft zijn talent dan ook niet van een vreemde. “Mijn vader schreef Sinterklaasgedichten voor de halve straat. Hij zoog ook gedichten letterlijk uit zijn duim. We hadden onze eigen dorpsverteller in huis.”

Vier per jaar

Hij vind het jammer dat hij als stadsdichter maar vier verplichte opdrachten per jaar heeft. “Ik mag meer doen,” zegt Aad. Dat doet hij dan ook. Al zijn stadsgedichten tot nu toe staan op apeldoorn.nl/stadsdichter. “De vraag is hoeveel mensen die geïnteresseerd zijn in gedichten weten dat ze de gedichten daar kunnen vinden.” De ‘verplichte’ gedichten worden op een ansichtkaart verspreid bij winkels in de stad.

Archieven

Het is het enige kleine beklag dat Aad heeft. Want hij vind het fijn om stadsdichter te zijn. De geboren en getogen Apeldoorner leert bij over zijn stad. “Als ik over een bepaald onderwerp moet schrijven, duik ik de archieven in. Hoofdlijnen weet je vaak al, maar zo kom je achter details die je eerder niet wist.”

Stadsfotograaf

Ook het feit dat je als stadsdichter mag samenwerken met de stadsfotograaf, eerder Jeroen Taalman en nu Medea Huisman, vind hij leuk: “Normaal gesproken heb je je eigen stokpaardjes, maar dan moet je het doen met iets wat van iemand anders komt.” Als eerste samenwerking schreef Aad een gedicht bij een foto van kunstwerk De Kus op het Stationsplein.

Uitdaging

Waar Aad ook van houdt, is rijm. “Rijmen is muzikaal”, zegt Aad, die ook gitaar en saxofoon speelt. “Ik hou van de uitdaging van een rijmschema, dat je moet uitzoeken hoe je het gaat doen. Niks moet natuurlijk, maar ik bepaal zelf dat op die manier uitgedaagd wil worden. “Dat is sowieso het mooie van gedichten. Dat je in een paar regels zoveel mogelijk duidelijk moet maken.”

Ben of ken jij een Apeldoorner met een goed verhaal? Laat het ons weten! Misschien wordt hij of zij binnenkort Apeldoorner van de Week op indebuurt.