Weet je nog? 7 x Apeldoornse kroegen en discotheken die niet meer bestaan
Ach, het café waar je vroeger aan de bar hing, of waar je vader of zelfs (overgroot)opa een pilsje kwam…
Ging je weleens stappen in de jaren 80 of 90 in Apeldoorn, dan is de kans groot dat je Paddock kent. Rolf van Otterlo (58) werkte bij de garderobe in deze kelderbar aan de Brinklaan.
Voor Paddock stapt een jonge vrouw van haar brommer. Getoupeerde haren, glitterjurk, strak in de make-up. Uit een tas vol haarlak en poederkwasten komt een paar stilettohakken. Schoenen omgewisseld, haren gecheckt, de deur van Paddock zwaait open, Tina Turner schalt even over straat en de vrouw verdwijnt in een walm van sigarettenrook naar binnen.
Het zijn de jaren 80 in Apeldoorn en als je ook maar enigszins een leven hebt ben je ’s nachts in Paddock te vinden, weet Rolf. “Er gingen relaties aan en ook uit, en iedereen die zei dat ‘ie niet ging, ging toch maar, anders miste je alles. Ik was rond de 21 toen ik daar ging stappen en werken, rond 1983. Vervolgens ben ik ongeveer zestien jaar gebleven. Ik ben begonnen in de garderobe, dat heb ik het langste gedaan. Daar hoorde je alle verhalen, daar kwamen de meiden huilen als het uit was, de mannen als er mot was, want daar kon je elkaar verstaan. Achter de bar kon dat niet.”
“Ook qua muziek waren de jaren 80 geweldig”, zegt Rolf. Tina Turner kwam terug, je had new wave muziek met bands als U2 en Simple Minds. Nieuwe artiesten als Madonna en Prince kwamen op, hardrockmuziek hoorde je veel. Alles kon, alles ging samen. De dj woonde boven de Paddock. Er hing vloerbedekking aan de muren. We zaten in de atoomkelder dus het was geweldig geïsoleerd. We hebben nooit iemand gehoord over geluidsoverlast. Iedereen bleef ook de hele avond binnen. Een gouden regel was: ruzie is ruzie. Iedereen die ruzie maakt gaat eruit. Had je vaker trammelant, dan kwam je er gewoon niet meer in. En dat wilde je niet, want je wilde uit kunnen gaan.”
“Wat echt vreselijk was aan mijn werk”, zegt Rolf: “Mensen gingen om middernacht weg om wat te eten en namen dan shoarma. Maar bier en knoflooksaus is echt geen combinatie, bah. Of de jassen van vrouwen, die roken naar een combinatie van parfum en baklucht.”
Vierhonderd mensen pasten er in Paddock, er stonden vaak rijen voor de deuren. “Paddock was ook bekend buiten Apeldoorn”, zegt Rolf. “Want militairen leerden hier een meisje kennen en kwamen met vrienden terug om die meiden weer te zien, en andersom. In die tijd hadden we de guldenavond. Een biertje kostte op donderdagavond een gulden voor militairen en verzorgers. Jongens betaalden sowieso de rekening. Je ging pas uit als je 100 gulden gespaard had. Je dronk op rekening, als je voor 100 gulden had gedronken, rekende je af en begon een nieuwe rekening.”
Hij herinnert zich de uitgedoste meiden: je kleedde je speciaal om uit te gaan. Het was de tijd van de Dolly Dots. Meiden droegen hoge hakken, naadkousen en hadden grote bossen haar. Ze namen tassen mee vol met drie bussen haarlak en poederkwasten en trokken voor de deur hun hakken aan. Destijds moest je ook al een helm op op de brommer, maar een getoupeerde coupe krijg je niet in een helm hoor! Dus toen werden al die meiden op de heenweg al beboet. Ze hielden ook bij wat ze aantrokken en deden niet twee keer hetzelfde aan. Mannen mochten niet voor de spiegel staan, dat was not done.”
Ze stonden niet alleen niet voor de spiegel, ze dansten ook niet, aldus de oud-Paddock medewerker. “Ze schuifelden alleen. Meiden dansten, jongens stonden aan de bar. Het was nog voor de aids-periode. Als we naar huis gingen na het opruimen stond de hele parkeerplaats vol met auto’s met condens op de ruiten.” Toen aids in de loop van de jaren 80 ook in Nederland voor veel onzekerheid en angst zorgde, stonden die auto’s er ineens niet meer, zegt Rolf.
Lees verder onder de foto>
“De nieuwe onbekende ziekte aids had veel invloed op het uitgaanspubliek. Ook was drinken en rijden op een gegeven moment niet meer oké, dat was wel een ding. En je kreeg meer te maken met vrouwenemancipatie.” Waar voorheen meiden ouder dan 25 die nog niet verloofd waren en op stap gingen ‘oude vrijsters’ werden genoemd, gingen vrouwen ineens voor zichzelf betalen. “Daardoor kreeg je eventjes ongemakkelijke situaties.” Vrouwen gingen ook minder opgedoft op stap. “Spijkerbroek, shirtje, haren in een staart en klaar. Mannen gingen juist naar de kapper voor een coupe en droegen nette schoenen.”
Als we naar huis gingen na het opruimen stond de hele parkeerplaats vol met auto’s met condens op de ruiten
Rolf van Otterlo
In de jaren 90 nam housemuziek een vlucht. “Ineens kwamen er bijna alleen maar mannen met kaalgeschoren hoofdjes in trainingspak, die niet dronken. Ze stonden de hele avond te hakken en dronken twee cola.”
Lees verder onder de foto >
Vanaf ongeveer 1995 waren de gloriedagen voor Paddock voorbij. “De opkomst van het Caterplein betekende de ondergang van Paddock”, denkt Rolf. “De Swing opende (in 1985, red.), toen Café Confetti (1990, red.). Mensen gingen de afstand niet meer afleggen. Je wist dat iedereen op het Caterplein was. En mensen gingen buiten Apeldoorn studeren, dus kenden een andere uitgaansscene en gingen in het weekend naar Arnhem, Utrecht et cetera.”
Zou Paddock tegenwoordig nog werken, hetzelfde concept op dezelfde plek? “Dat zou kunnen, maar dan vooral voor mensen die het kennen van vroeger”, zegt de oud-medewerker. “Het is nog steeds een gemis dat Paddock er niet meer is, maar het kan niet meer. Ik zal niet zeggen dat onze tijd leuker was dan nu, maar dat gevoel van uitgaan dat wij hadden, dat is er nu niet meer. Er wordt nooit meer ergens gedanst. Schuifelen maakte dat het uitgaansleven iets had. Als je iemand op het oog had, was het zaak met hem of haar te schuifelen die avond. Mensen waren er al dagen van tevoren mee bezig, ‘wat trek jij aan?’. Je kende tachtig procent van de mensen die er kwamen.”
“De mensen die er werkten, werkten er ook lang, het was echt een vaste club. We hadden mensen die soms invielen. Dan kon ik even naar de zaal. Ik was ‘die gozer van Paddock’, dus ik kon gewoon dansen. Ik was wel raar, maar het mocht wel. Anderen konden dat niet maken.” ‘Die gozer van Paddock’ was lang een bekende Apeldoorner, ook nadat de dancing eind jaren 90 definitief de deuren sloot. “Ik heb wel vijftien jaar lang gehad dat mensen naar me toe kwamen met de opmerking dat ze me ergens van kennen”, zegt de Apeldoorner die na Paddock lang in de gezondheidszorg werkte en tegenwoordig een bedrijf in fotografie en video heeft. Ik spreek sommige mensen nog steeds, die zijn vrienden geworden. En ik heb op Facebook connectie met oud-collega’s. Sommigen zijn nog steeds getrouwd met de partner die ze daar hadden ontmoet.”
Heb jij ook een bijzonder verhaal? Of ken je een Apeldoorner die wij écht moeten interviewen? Laat het weten via [email protected] Veel Apeldoorners gingen je voor.
In onze gids
Populaire rubrieken